Hoezo volg mij?
Waar ga je heen dan?
Wie ben jij eigenlijk?
Wat ga je doen dan?
Wat kost me dat?
Wat levert het me op?
Kan ik je vertrouwen?
Dit zijn vragen die bij mij opborrelen, als iemand zou zeggen…
volg mij…
En als ik dan al antwoord krijg op bovenstaande vragen, dan is de kans groot dat ik zeg…
Hmm… ik zal er eens over denken…
Of, ik wil eerst nog iets anders doen…
Of, nee, ik ben juist bezig met….
Of misschien later…
Gewoon, zomaar, hup… gaan!
Nee!
Ik geloof niet dat ik dat zomaar zou doen, durven, kunnen en willen.
Hierover gaat het in Lukas 9:51-62. Over Jezus volgen. En over wat mensen antwoorden. Zeer herkenbaar.
Uit: ‘Intercity bestemming Pasen – een reisgids voor de goede week’
Wat wil ik
terwijl ik roep in de stilte
van de vroege nacht?
Een antwoord?
Dat is de vraag niet.
De vraag is:
kan ik het antwoord aan?
Ook als het klinkt als:
‘Volg Mij!’
Als er iets moet opstaan vannacht
is het onze moed
om te doen als Hij.
Als er iets moet opstaan
is het onze wil
Hem te volgen.
Als er iets moet opstaan
is het ons geloof
dat de dood niet het laatste woord is.
Als er iets nieuw moet zijn vannacht
is het onze liefde
geboren uit Hem
maar bestemd voor de wereld.
Als er iets moet opstaan vannacht
is het mijn antwoord op:
‘Heb je mij lief?’
En wee, als je ‘ja’ zegt,
want het woord dat is opgestaan zegt:
‘oké, dat is goed, volg mij!’
Jezus doet het.
Hij zegt: Volg mij. Tegen zijn volgelingen, tegen jou en tegen mij.
Heb ik geloof?
Heb ik moed?
Heb ik wil?
Heb ik lief?
Op as – woensdag ga ik hierover met ‘mijn volgelingen’ nadenken. En zo de 40dagen tijd in.
Ook als je niet meewandelt op As-Woensdag, gun ik je deze vragen. Om zo te kiezen waar jij voor wilt gaan en te leven als volgeling.
Wil jij Jezus volgen?
Hoe is het met jouw wil om hem te volgen?
Met jouw moed om te doen als Hij?
Met jouw geloof dat de dood overwonnen is.
Met jouw liefde voor de wereld?
En wat hoop jij dan deze 40dagen tijd?
Waar verlang jij naar?
En staat er nog iets in de weg?
Wat dan?
Moet je iets loslaten?
En natuurlijk mag jij mij ook volgen. Op As-woensdag. Op een van de andere pelgrimstochten, of het klooster in. Ik ben geen Jezus, verre van dat. Maar probeer hem wel te volgen. Met vallen en opstaan.